“We moeten samen uitzoeken wat wel, en wat níet werkt”
Interview met Hans Mommaas
Interview door Joost Peters
Brede welvaart dwingt ons om allerlei maatschappelijke opgaven en hun oplossingen te ‘doordenken’ in een breder verband, vertelt Hans Mommaas, voorzitter van het Programmaberaad van het Nationaal Netwerk Brede Welvaart. Tegelijkertijd zullen we samen moeten uitvinden hoe brede welvaart ook in de praktijk zijn beslag kan krijgen, benadrukt hij. “De proceskant is minstens zo belangrijk als de inhoud.”
Brede welvaart: het begrip loopt als een rode draad door de recente loopbaan van Hans Mommaas (zie kader). Vanuit zijn huidige rollen (onder meer als voorzitter van de Commissie voor de milieueffectrapportage (mer) en van de Ecologische Autoriteit) kijkt hij naar Nederland vanuit ‘de grote maatschappelijke opgaves’. En die zijn er volop, vertelt Mommaas. “Klimaatverandering, de energietransitie, biodiversiteit, het woningtekort, de toenemende versnippering en ongelijkheid in de samenleving: uitdagingen zijn er genoeg. Uitdagingen die je eigenlijk alleen in samenhang écht effectief kunt doorgronden en aanpakken, onder meer door de samenleving meer eigenaar te maken van die problematiek.”
Vermaatschappelijken
Hierbij komt brede welvaart om de hoek kijken, vervolgt Mommaas. “Het denkkader van brede welvaart dwingt je ertoe om allerlei opgaven en oplossingen te ‘doordenken’ in een breder verband, vanuit een maatschappelijke meerwaarde. Want uiteindelijk gaat het erom dat je niet alleen met technische oplossingen komt voor bijvoorbeeld de energietransitie, maar dat die energietransitie ook landt in de samenleving. Dat betekent ook dat je mensen veel meer zult moeten betrekken bij het zoeken naar oplossingen voor die energietransitie. Anders gezegd: om te komen tot brede welvaart, zullen we het zoeken naar oplossingen moeten ‘vermaatschappelijken’.”
Het duizenddingendoekje voorbij
De politieke en ambtelijke aandacht voor brede welvaart groeide het afgelopen decennium flink. Zo keerde het begrip nadrukkelijk terug in de meest recente coalitieakkoorden en in de rijksbegroting, terwijl de drie nationale planbureaus actief zoeken naar manieren om de beleidsmatige hantering van brede welvaart goed in te richten. Ook landt het begrip steeds beter in de regio, bijvoorbeeld in de vorm van de Regio Deals en het Nationaal Programma Landelijk Gebied. Die flink toegenomen aandacht is natuurlijk mooi, benadrukt Mommaas. “Tegelijkertijd moeten we er denk ik voor waken dat brede welvaart ‘het nieuwe beleidsjargon’ wordt; een inhoudsloos duizenddingendoekje dat naar believen door bestuurders en beleidsmakers kan worden ingezet, als excuus om ingrijpende keuzes voor ons uit te blijven schuiven. We zullen de scherpte van de brede-welvaartsagenda er wel in moeten zien te houden.”
Over Hans Mommaas
Hans Mommaas was tussen 2015 en 2022 directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Op dit moment is hij voorzitter van de Commissie voor de milieueffectrapportage (mer) en van de Ecologische Autoriteit, die zich onder meer bezighoudt met beleidsthema’s als natuurkwaliteit en stikstof. Daarnaast is hij voorzitter van het Programmaberaad van het Nationaal Netwerk Brede Welvaart en research fellow bij de Academische Werkplaats Brede Welvaart van Tilburg University.
Silo’s doorbreken
Het inhoudelijk, in samenhang bezien van fysiek-ruimtelijke, sociale en economische opgaven is daarbij volgens Mommaas één kant van het verhaal. “In de kern draait brede welvaart om het maken van afwegingen. Waar zitten de belangentegenstellingen? Wat zijn de sectorale belangen, en wat is de meer integrale maatschappelijke meerwaarde daarvan? En in hoeverre zijn die deelagenda’s en de integrale agenda met elkaar in balans?” Maar de proceskant is binnen brede welvaart minstens zo belangrijk, schetst Mommaas. “Het gaat er niet alleen om welke oplossingen we met elkaar bedenken, maar vooral ook hoe we dat doen. Gemeentes, provincies, de rijksoverheid: ze zullen over hun eigen grenzen heen moeten kijken om de integraliteit van vraagstukken te bewaken. En dat is lastig, want ambtelijke organisaties zijn nog altijd enorm georganiseerd in silo’s; met een eigen budget en met een eigen manier van verantwoorden richting de gemeenteraad, de Provinciale Staten en het parlement. Dat silo-denken staat een effectieve, integrale brede-welvaartsaanpak nu vaak nog behoorlijk in de weg.”
Nationaal Netwerk: belangrijke rol
Juist daarom is het Nationaal Netwerk Brede Welvaart zo belangrijk, vindt Mommaas. “We zullen samen – Rijk en regio – moeten uitzoeken wat wel, en wat níet werkt. Hoe kun je nou integraler werken? Hoe kun je effectief schakelen tussen die sectorale agenda’s aan de ene, en die gedeelde agenda aan de andere kant? En hoe kun je de bevolking nou daadwerkelijk actief betrekken bij het verkennen van opgaven en oplossingen? Het Nationaal Netwerk speelt een belangrijke rol bij het helder krijgen van dat soort vragen; door ervaringen en best practices op te halen, door het gesprek over en weer aan te gaan, en door zo het lerend vermogen te voeden. Het is ook nadrukkelijk geen beleidsnetwerk, maar een onderzoeksnetwerk: hoe kunnen we brede welvaart nou in de praktijk operationeel maken?”
"Het gaat er niet alleen om welke oplossingen we bedenken, maar vooral ook hoe we dat doen."
"Gelukkig zijn er ook nu al geslaagde voorbeelden voorhanden van hoe een brede, integrale aanpak eruit kan zien."
Scherp houden
Het programmaberaad waarvan Mommaas voorzitter is, heeft onder meer als taak om de onderzoekers scherp te houden. “Het programmaberaad bestaat uit mensen die affiniteit hebben met het denken over brede welvaart, terwijl ze tegelijkertijd met een stevig been in de beleidspraktijk staan; in de politiek, het bedrijfsleven en de wetenschap en bij de overheid. Vanuit die rol treden we op als sparringpartner en bevragen we de Communities of Practice voortdurend; wat betekenen deze uitkomsten nu concreet voor het beleid? Tegelijkertijd is het programmaberaad er om de onderzoeksuitkomsten breder te verspreiden in de Nederlands beleidspraktijk. Want het zou natuurlijk zonde zijn als al die kennis ongebruikt op de plank blijft liggen; daarvoor zijn de opgaven waarvoor we als land staan, simpelweg te groot en te belangrijk.”
Ruimte voor de Rivier
Gevraagd naar de toekomst spreekt Mommaas de hoop uit dat we de komende decennia steeds beter in staat zullen blijken om vraagstukken daadwerkelijk veel meer in samenhang te doorgronden en dat we budgetten veel integraler inzetten, over beleidssilo’s heen. “Gelukkig zijn er ook nu al geslaagde voorbeelden voorhanden van hoe zo’n brede, integrale aanpak eruit kan zien. Neem het programma Ruimte voor de Rivier, waarmee het Nederlandse rivierengebied veiliger is gemaakt en de betrokken regio’s tegelijkertijd gelegenheid is geboden om de omliggende gebieden ruimtelijk te ontwikkelen. Het resultaat: prachtige uiterwaarden, die fungeren als waterbuffer voor de omliggende woonkernen én als natuurgebied. Een mooi voorbeeld van hoe beleid succesvol in elkaar kan grijpen.”